Leeuwarden-Istanboel - Reisverslag uit Istanbul, Turkije van herman en johan - WaarBenJij.nu Leeuwarden-Istanboel - Reisverslag uit Istanbul, Turkije van herman en johan - WaarBenJij.nu

Leeuwarden-Istanboel

Door: Herman

Blijf op de hoogte en volg herman en johan

21 Oktober 2012 | Turkije, Istanbul

Leeuwarden-Istanboel (9-15 oktober)

Woensdag vroeg opgestaan, tegelijk met mijn vader. Een kop thee gedronken en een boterham gegeten. Mijn vader geeft me een hand, wenst me een goede reis en vertrekt naar zijn werk. De rest van de ochtend een beetje rondgehangen. Mijn moeder wil me graag naar het station brengen, maar ik ga liever alleen. Een beetje wereldreiziger laat zich niet door zijn moeder wegbrengen. Ik ga nog bij een paar vrienden langs bij ons op het dorp en loop voor de duizendste keer door de Huizumerlaan, steek de Schrans over en loop nog even langs het gymnasium. De metasequoia die we als examenklas aan de school hebben geschonken is in twee en een half jaar op het oog nog niets gegroeid. In mijn herinnering zie ik hoe mijn klasgenoten uitzinnig enthousiast reageren op het bericht dat ze geslaagd zijn. Natuurlijk ben ik blij, maar ik voel ook afscheid van een vertrouwde tijd. Vandaag is dat anders, nu gaat het echt beginnen.
Ik tref Johan in Zwolle. Onze eerste bestemming is Arnhem, waar we nog even bij mijn broer langs gaan. Daarna door naar Nijmegen. We slapen die nacht bij Hans Jongman, onze chauffeur en "reisleider". We ontmoeten ook de andere "lifters", Tef en Wilma. De komende 6 weken moeten we het met elkaar zien te rooien.

We maken kennis met de belangrijkste reisgenoot, een oude Mercedes bus van de Deutsche Bundespost die Hans op een veiling gekocht heeft. Het idee is daarmee naar Nepal te rijden, het busje daar te verkopen om dan weer terug te vliegen, op een veiling een volgende bus te kopen, enz.
Achterin de bus is verhoging over de hele breedte en 2 meter diep. Daarbovenop matrassen en daaronder een motorblok, zakken vol met kleding en andere waar die onderweg verhandeld kan worden.
We vertrekken met Hans aan het stuur, Tef en Wilma voorin en Johan en ik op de verhoging. Al vroeg passeren we de grens met Duitsland. Ik vind dat een bijzondere ervaring. Alles ziet er anders uit: de huizen, het landschap (heuvels), de gaststätten, de sigarettenmerken, het bier. Nu moet ik toegeven dat ik geen enkele ervaring heb met het reizen in het buitenland, nou ja, België en Noord-Duitsland. Geweldig om al liggend het landschap aan je voorbij te zien trekken, maar na een uur of wat wordt het toch wat eentonig. Tijd om mijn eerste Indonesische les te beginnen. Saja maoe, saoedara ingin. De eerste stop een parkeerplaats langs de snelweg bij München.

Voorbij München worden de heuvels steeds hoger en rijgen zich meer en meer aaneen tot een enkele rij parallel aan de snelweg. Indrukwekkend.
De grens bij Oostenrijk is het eerste obstakel. Een overijverige grensbewaker ziet dat het NL plaatje ontbreekt. Dit is een behoorlijke domper, want we mogen zo niet verder. Alle bidden en smeken helpt niet. Hoe komen we hier in godsnaam een een NL plaatje. Ten einde raad pakt Hans een stuk papier, tekent daar NL op en plakt het met plakband naast de nummerplaat. Al het geraas van Hans over Nazi's ten spijt, als we de de grensbewaker op onze vondst wijzen, glimlacht hij alleen maar en maakt het gebaar doorrijden.
De bergen zien er uit zoals ik ze ken van de plaatjes. Wel mooi. 's Avonds rijden we Joegoslavië binnen. Johan vertelt dat het aan Tito te danken is dat Joegoslavië één staat is en dat men zich het hart vasthoudt wat er gaat gebeuren als Tito zou overlijden.

's Middags zitten we op een terras in Belgrado. Ik heb bier besteld, bijna 12%. Dat moet toch geen probleem zijn na 16 maanden training in militaire dienst. Terug in de auto ga ik down en out tot groot enthousiasme van Hans. Het feit dat ik in Friesland woon is een onuitputtelijke bron van milde spot, vervelend alleen dat ik daar niet zo goed tegen kan. Mijn opmerking dat ik eigenlijk een Zeeuws-Vlaming ben, geeft Hans alleen maar extra kansen. Rare jongens, die Belgen. Zo had hij ooit een lifter in de auto gehad en waar die toch vandaan kwam, dat konden we nooit raden. Inderdaad, Sint Job in't Goor, hoe is het mogelijk. Ja, Hans, een echte dijenkletser, let nu maar op de weg want straks vlieg je nog de berm in. We rijden op de gevaarlijke tweebaansweg van Belgrado naar Sofia. Om de paar kilometer staan er wrakken langs de weg. Op een gegeven moment zien we een lange stoet van auto's in de berm. Het lijkt een ongeluk, maar we zijn er niet zeker van. Naast één van de auto's staat een bruidspaar.
Bij het zoeken naar een slaapplaats rijden we iets te ver een veld in en raakt de auto vast in de modder. Het is stikdonker en er is geen huis te bekennen. Er is zelfs geen boom waar we in kunnen klimmen om naar lichtjes uit te kijken. Na een half uur horen we een trekker dichterbij komen die voor een klein bedrag het busje uit de modder trekt. Ik denk eerst aan een wonder, maar hij is blijkbaar gewaarschuwd door een langsrijdende chauffeur.

Gisteren zag ik ze voor het eerst, ossenwagens. Vandaag zien we er nog veel meer. En paard en wagens. Het is alsof we terugreizen in de tijd.
Bij het passeren van de Bulgaarse grens komen we ook in een andere wereld. Alle opschriften staan in het cyrillisch. We proberen te raden wat er staat, voor even een aardig tijdverdrijf.
's Middags lopen we door Sofia. Een vreemde, lege stad. Aan de overkant van de weg staan mensen naar mij te kijken. Ze staan met elkaar te overleggen en naar ons te wijzen. Eindelijk raapt iemand de moed over te steken en mij aan te spreken. Of hij mijn spijkerbroek mag hebben. Dat lijkt me geen goed idee, het is de enige die ik bij me heb. Hij wil hem wel ruilen tegen zijn eigen broek plus nog wat levs. Ik heb geen idee hoeveel dat waard is, zijn broek ziet er niet echt appetijtelijk uit. Bovendien, misschien is dit een opzetje om mij als kapitalist te ontmaskeren. Beter van niet.

Tef en ik belanden opnieuw in een discussie. Nu over de laatste film van Sergio Leone. Ik vind die film wel een mooi ironisch commentaar op de western. Hij beweert dat ik dat niet zelf bedacht kan hebben, dat ik dat overgenomen heb uit een recensie. Dat klopt, zo stond het letterlijk in de Volkskrant. De frik. Dat kan nog gezellig worden de komende weken.
Bij de Turkse grens staat een lange rij auto's te wachten. Allemaal Turken uit West-Europa die met auto's volgeladen terugkeren naar de familie. Volgens Hans wordt elke wagen nauwkeurig doorzocht en alleen als ze bereid zijn iets af te staan komen ze de grens door. Gelukkig kunnen wij de grens vlot passeren. Hans zat nog wel even in de rats of ze het motorblok vinden.

's Ochtends worden we gewekt door de oproepen tot het gebed. Het geluid komt van alle kanten. Nu weten we zeker dat we Europa verlaten en in een andere wereld terecht zijn gekomen. Aan het begin van de middag bereiken we Instanboel. Ik kijk mijn ogen uit. Ik zie sjouwers met grote balen op hun nek, schoenpoetsers met prachtige koperen gerei, gesluierde vrouwen, een drukke stoet van mensen in de smalle steile straatjes, bedelaars, een parkeerwacht, met een kunstig opgerolde snor, van wel een meter, misschien wel meer. Hoe lang ben je daar eigenlijk mee bezig?
Het hoogtepunt is de grand bazaar. Grappig is dat gelijksoortige winkels bij elkaar in de straat zitten. We zien koperslagers, blikslagers, kruidenwinkels, sieraden, kleding en stoffen, tapijten, het gaat maar door. Het doet onwerkelijk en sprookjesachtig aan. Even later keer ik terug in de rauwe realiteit. Op het plein voor de universiteit wordt ik aangesproken door een geldwisselaar. Het lijkt me handig om wat dollars om te wisselen voor Turkse lira's. Ik heb geen dollars in mijn portemonnaie, dus ik moet ze uit mijn gordel pakken, Voor ik het in de gaten heb rukt de wisselaar het geld uit mijn handen. Johan is al een stukje doorgelopen, ik roep hem. Dan krijg ik het geld terug. Plotseling beginnen allerlei mensen nerveus om ons heen te lopen. Iemand zegt dat hij van de politie is, ik wil alleen nog maar weg. Het lijkt met de geldwisselaar allemaal goed gekomen, maar toch vertrouw ik het niet helemaal. Als ik 's avonds mijn geld natel ben ik bijna 90 dollar kwijt, dat is ongeveer 10% van mijn budget. Het beeld van de wereldreiziger begin te kantelen. Lang tijd om daar wakker van te liggen heb ik niet, want 's ochtends worden we al weer vroeg gewekt door het ijle oproep tot gebed van zeker drie muezzins. Dat krijg je als je de auto midden in de stad voor de blauwe moskee parkeert.

Veel tijd om indrukken te verwerken hebben we toch niet. De vorige avond hebben we nog in een restaurant aan de waterkant gegeten. Een lange pijpenla, waar we heerlijk eten: bonen, tomaten, aubergine en brood. Terwijl we zitten te eten wenkt iemand me van achter uit de zaak. Ik sta op en loop die kant uit te lopen, maar dan begint hij met zijn handen te wapperen, alsof ik weer terug moet. Ik loop in verwarring terug, Hans begint te lachen. Het wegwuifgebaar betekent hier dat je moet komen. Achter in het restaurant staat een dikke onnozele jongen die zijn armen om me heen slaat en me optilt. Ik neem aan dat dit betekent dat hij me aardig vindt.


  • 23 Oktober 2012 - 21:20

    Herman En Johan :

    he herman, wat een prachtig verhaal met ( nog meer ) geweldige details !

    verheug me nu al op de vervolgen

    je reisgenoot johan ( vanuit Canterbury )

  • 24 Oktober 2012 - 11:13

    Wim:

    Bergen zijn inderdaad wel mooi, eerst getild toen opgetild, volgens mij was er ook iemand in Turkije die Johan heel aardig vond maar dat lees ik hopelijk in zijn komende verslag, ga zo door jongens!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

herman en johan

herman en johan maken van oktober 1974 tot mei 1975 een reis overland naar Indonesië

Actief sinds 14 Okt. 2012
Verslag gelezen: 577
Totaal aantal bezoekers 43424

Voorgaande reizen:

Landen bezocht: